Professionals en bewoners: meer aandacht nodig voor zingeving in eerstelijnszorg en welzijn
In samenwerking met huisartsenpraktijken en later met gemeente Rotterdam organiseert wmo radar huisbezoeken bij ouderen. We willen weten hoe het met ze gaat en of ze zichzelf nog redden. Met een deel van de ouderen gaat het niet zo lekker, zonder dat zij een duidelijke hulpvraag hebben. Vaak spelen niet oplosbare levensvragen een rol en blijkt langer durende aandacht voor zingeving een antwoord te bieden. Onderzoek naar zingeving vanuit de Kenniswerkplaats van de Universiteit voor Humanistiek bevestigt het belang van aandacht voor zingeving in de eerstelijnszorg en welzijn.
Bij zowel bewoners als professionals in eerstelijnszorg en welzijn is er grote behoefte aan meer aandacht voor zingeving in de hulpverlening. Dat blijkt uit onderzoek onder professionals, bewoners, patiënten en vrijwilligers in eerstelijnszorg en welzijn, uitgevoerd vanuit de Kenniswerkplaats Zingeving. In dit landelijke samenwerkingsverband van 7 brancheprojecten ontwikkelen opleiders, onderzoekers en professionals kennis over praktijken van zorg voor zingeving thuis en geestelijke verzorging thuis. Wmo radar is vanaf de start in 2021 actief in deze landelijke kenniswerkplaats en coördineert het brancheproject voor het Sociaal Domein.
“Zingeving is een diepe menselijke behoefte”, zo legt Gaby Jacobs uit, hoogleraar Geestelijke Verzorging van de Universiteit voor Humanistiek en voorzitter van de Kenniswerkplaats. “Het gaat om de vraag naar dat wat er ten diepste toe doet en hoe je je verhoudt tot de wereld. Het is een basisbehoefte die vaak pas in specifieke levensfasen of bij ingrijpende gebeurtenissen opgemerkt wordt.”
Gerichte aandacht voor zingeving door hulpverleners kan de kwaliteit van leven van klanten verbeteren. Dat was al bekend in de zorg voor mensen rondom het levenseinde (palliatieve zorg), maar de behoefte wordt breder gevoeld, zo blijkt uit onderzoek binnen zeven beroepsgroepen. Het onderzoek naar de ondersteuningsbehoefte op het gebied van zingeving werd gedaan in huisartsenpraktijken en bij praktijkondersteuners, in de verpleging en verzorging, fysiotherapie en ergotherapie, het sociaal domein, de Jeugdzorg, de GGZ en bij vrijwilligerswerk.
Elke beroepsgroep heeft zijn eigen onderzoek uitgevoerd. Er is een aantal gemeenschappelijke bevindingen:
- Klanten hebben behoefte aan aandacht voor vragen over zingeving; hulpverleners zien hiervan het belang in;
- Zicht op zingeving geeft meer inzicht in ondersteuningsbehoefte van klanten;
- Bij hulpverleners bestaat vaak wel nog een gebrek aan kennis en vaardigheden hoe hiermee om te gaan;
- Aandacht voor zingeving in de hulpverlening helpt ook de professionals zelf, het raakt hun motivatie en professionele ontwikkeling;
- Omdat aandacht voor zingeving domein overstijgend is, bevordert het de samenwerking tussen verschillende professionals en terreinen;
- Bij zingeving denken professionals vooral aan de alledaagse zingeving. De diepere laag van levensbeschouwing is lastiger te vatten. De mogelijke inbreng van een geestelijk verzorger is vaak nog onbekend.
Sociaal werker Veronique Vaarten: ’Je kunt niet alles oplossen met activiteiten’
Via projectleider Gaby Jacobs raakte Veronique Vaarten van wmo radar betrokken bij de Kenniswerkplaats Zingeving. Wmo radar bleek ongeveer de enige welzijnsorganisatie in Nederland te zijn die een geestelijk verzorger in dienst had. In de Kenniswerkplaats heeft Veronique de afgelopen jaren een actieve rol gespeeld, in het bijzonder in de coördinatie van het project Zorg voor Zingeving in het Sociaal Domein. “Precies omdat binnen wmo radar duidelijk was geworden wat aandacht voor zingeving kan toevoegen aan het welzijnswerk kon ik me er de afgelopen tijd ook hard voor maken.”
“Bij ouderen bestaat een grote behoefte om te kunnen praten over levensvragen, maar vaak zijn ze zelf niet in staat om dat goed te verwoorden. Dat vraagt van een welzijnswerker om hier proactief in te zijn. Meestal voelt diegene wel aan dat er iets speelt, maar ontbreekt het aan de vaardigheden. Hoe pak je zoiets aan?” De onderzoeksresultaten van het brancheproject geven inzicht in zowel de ondersteuningsbehoeften van bewoners als van sociaal werkers. Bij professionals gaat het om de ondersteuning die zij nodig hebben om bewoners met zingevingsvragen verder te helpen”. Bekijk de publicatie van de volledige onderzoeksresultaten op Kennisplein Zingeving. Het overzicht met kennissyntheses van alle zeven branches vind je hier.
Zingeving in de praktijk
Inmiddels zit zingeving al sinds 2017 verwerven in het aanbod van de seniorencoaches van wmo radar. Zo biedt wmo radar samen met een geestelijk verzorger van Stichting Mara in de Rotterdamse deelgebieden Centrum en Charlois ‘Het Goede Gesprek’ aan. Het Goede Gesprek is een maatjesproject waarbij vrijwilligers, onder leiding van die geestelijk verzorger, in gesprek gaan met ouderen over levens- en zingevingsvragen. Goede gesprekken vragen om een goede gesprekspartner en zijn wederkerig. Gesprekken zijn er in verschillende soorten en maten. Voor de ene oudere is de verdieping in het gesprek belangrijk terwijl de ander meer ruimte zoekt voor het delen van zijn of haar verhaal.
In Delfshaven werkt wmo radar nauw samen met het Motto project van Stichting Samen010. Dit is net als Het Goede Gesprek een maatjesproject waar vrijwilligers ondersteuning bieden bij zingevingsvragen. Daarnaast hebben bewoners en professionals uit Delfshaven deelgenomen aan het onderzoek naar Zorg voor zingeving dat door de Kenniswerkplaats van de Universiteit voor Humanistiek is uitgevoerd.
“De inzet van vrijwilligers is van groot belang, het zou ongezond zijn als zorg voor zingeving een volledig professionele voorziening wordt” aldus Veronique Vaarten. “Ik hoop dat er naast 1-op-1 gesprekken ook een groepsaanbod komt waar bewoners niet alleen met een sociaal werker of geestelijk verzorger in gesprek kunnen maar juist ook met elkaar. Geestelijk verzorgers kunnen bijvoorbeeld meer groepswerk doen, samen met een sociaal werker. Dan kunnen mensen ook veel van elkaar opsteken. Dat geldt niet alleen voor ouderen, maar ook voor jongeren. Bewoners worden dan ook minder afhankelijk van die beroepskracht, want die uren worden alleen maar minder. Daarom vind ik de inzet van vrijwilligers ook erg belangrijk. Dat helpt ons maatschappelijk gezien om het gesprek over zingeving breder te voeren. De vrijwilligers zeggen allemaal: ‘Ik leer hier ook zoveel van voor mezelf.’ Ik denk dat we hier als samenleving veel baat bij hebben.”